biografie

Vincent Mentzel werkt sinds het begin van de jaren 70 als staffotograaf voor NRC Handelsblad en heeft zich in die tijd ontwikkeld tot een van de bekendste Nederlandse fotojournalisten. Als staffotograaf bepaalde hij lang het gezicht van de krant. Hij onderscheidde zich aanvankelijk als parlementair fotograaf, maakte daarna grote (buitenlandse) reportages en was nauw betrokken bij de beeldredactie van M Magazine. Mentzel kreeg na een afgebroken studie aan de Rotterdamse kunstacademie, zijn opleiding in de praktijk tussen 1967 en 1969 als assistent bij de Amsterdamse theaterfotografe Maria Austria.

Van haar leerde hij vooral afdrukken in de doka. Zijn vroege foto's kenmerken zich door een nauw perspectief, ontstaan door zwaar doorgedrukte luchten en omgevingen. Zijn latere werk is lichter en minder dwingend van karakter. Aan het einde van de jaren 60 bediende hij als freelance fotojournalist vanuit Rotterdam allerlei kranten met persfoto’s die vanuit een ongewoon standpunt gemaakt waren met een groothoeklens. Al snel kreeg hij een contract bij NRC Handelsblad.

Zijn doorbraak kwam toen hij dagelijks het Haagse politieke bedrijf begon te volgen. Mentzel bedreef het genre op een rustige, goed geïnformeerde wijze en onderhield nauwe relaties met politici waardoor hij hen ook achter de schermen kon fotograferen. Zijn benadering kreeg veel navolging en veranderde de parlementaire fotografie van karakter.

Den Haag

In de jaren 70 gold Mentzel als de ‘fotograaf van de macht’. Hij portretteerde ministers, staatshoofden, dictators, in binnen en buitenland; zijn foto van een omhoog kijkende minister president Den Uyl werd in 1973 onderscheiden als “Beste Nederlandse Persfoto” van World Press Photo. Zijn parlementaire tijdperk sloot hij abrupt af; zijn vriendschappen met politici brachten naar zijn gevoel de noodzakelijke journalistieke afstand in het geding.

Reportage

Na zijn afscheid van de Haagse politiek kreeg Mentzel van de krant de mogelijkheid in het buitenland te werken aan langere reportages. Ver van huis, en vooral in China, Japan en Tibet, bleek hij op z’n best. Zijn reportagefoto’s waren overwegend eenvoudige stadsgezichten en straattaferelen. Hij had oog voor sfeer en het terloopse, waarbij opvalt dat op veel foto’s mensen rusten, slapen of wachten.Hoezeer zijn werkterrein en techniek ook veranderden, Mentzel bleef de dagbladfotograaf. “De krant is geen kunstblad, maar gewoon een ding dat je na een dag weggooit”, vond hij. “Mensen moeten niet hoeven op te bellen om te vragen wat er op een foto nou eigenlijk te zien was. Een opvallende foto maken mag, maar de eerste les blijft: informatie geven.”

Overig

Vincent Mentzel was van 1980 tot 2005 lid van het dagelijks bestuur van de Stichting World Press Photo en van 1980 tot 1985 bestuurslid van de Rotterdamse Kunststichting. Hij heeft zitting in de Advisory board Eugene Smith Foundation (New York), was van 1996 tot 2006 bestuurslid van de Stichting Anna Cornelis en van 2000 tot 2010 bestuurslid van het FOtografiemuseum AMsterdam FOAM.Hij publiceert regelmatig in (school)boeken, buitenlandse kranten en tijdschriften als Newsweek, TimeLife, the New York Times.Voor zijn werk is hij meermalen onderscheiden met de Zilveren Camera van de Nederlandse Vereniging van Fotojournalisten (NVF) en bij World Press Photo.Vincent Mentzel heeft in 2011 een fotofonds opgericht bij het Rijksmuseum. Dankzij dit fonds wordt de rijke collectie historische persfoto’s en fotojournalistiek van het Rijksmuseum online toegankelijk en zichtbaar gemaakt voor een groot publiek.

Oeuvre

Het oeuvre van Mentzel is overgedragen aan het Rijksmuseum Amsterdam. Het Rijksmuseum bezit sinds 2011 ruim 2.800 historische foto’s van Mentzel (1945) uit de periode 1965 – 2010. De Atlas Van Stolk inRotterdam bezit bijna 1.200 van zijn foto’s. Het Nederlands Fotomuseum beheert het negatief- en dia-archief van Vincent Mentzel.
De Beeldunie vertegenwoordigt het werk van Vincent Mentzel.